Staandegehouden wegens te langzaam rijden. Of vanwege een AIVD-signalering?

Achter een onbeduidende ‘verkeersovertreding’ van 2,5 jaar geleden blijkt op een kantonzitting van 14 maart 2022 een bijzonder verhaal schuil te gaan. Over een vermeende ‘AIVD-signalering in verband met radicalisering en terrorisme’ en voortdurende staandehoudingen ‘zonder reden’. Iliass, een welbespraakte, licht bebaarde 33-jarige ondernemer uit Gouda, geeft aan hier vanaf te willen en tekende verzet aan tegen de strafbeschikking van 220 euro.

Het verwijt is dat hij in een Volkswagen Caddy op de A7 bij Oudendijk (NH) onvoldoende zijn aandacht bij de weg had. Bovendien zou hij met een aanzienlijk lagere snelheid dan het overige verkeer gereden hebben en zich daarmee schuldig maken aan “gevaarlijke hinder”.

Het zit net even anders, meent Iliass, die zonder advocaat in de rechtbank van Alkmaar verschenen is. “Sinds 2013 staat er een AIVD-signalering op mijn naam in verband met radicalisering en terrorisme”, legt hij kantonrechter Boots uit. “Als mijn kenteken door een agent wordt ingevoerd, of via snelwegcamera’s uitgelezen, meldt het systeem dat ik aan de kant gezet moet worden.” Dat heeft meestal iets weg van een routinecontrole, legt Iliass uit. De politie wil dan bijvoorbeeld weten waar hij naartoe gaat en laat hem dan weer gaan.

Wat de aanleiding is voor die ‘signalering’, daarover is Iliass zwijgzamer. Hij houdt het op een “onterechte actie”. Daarover zocht hij contact met de AIVD, zegt hij. De inlichtingendienst zou hem tijdens een bezoek op zijn kantoor in Gouda beloofd hebben de ‘signalering’ te verwijderen.

Terug naar de staandehouding. Waar de bejegening bij eerdere voorvallen normaal was, vond Iliass die nu agressief. De agent was alleen en hield ruime afstand tot zijn portier. “Het was al gelijk best wel hevig.” Over die vermeende ‘AIVD-signalering’ laat de rechter zich niet uit. Hij zegt: “Wat ik in het proces-verbaal lees, is dit: de agent was in de veronderstelling dat u uw mobiele telefoon vasthield. Toen hij dat tegen u zei, liet u een broodtrommel zien.”

Dat is wel een hele beknopte samenvatting, vindt Iliass. Graag doet hij verslag van de gehele woordenwisseling. “Die lunchbox lag op de stoel. Ik was inderdaad aan het eten. Dat zei ik ook: ‘Ik ben aan het eten, ik heb mijn telefoon niet eens hier, die ligt in mijn tas achterin.’ Toen ik de deur open wilde doen om mijn tas te pakken, schreeuwde de agent: ‘U moet nu in de auto blijven!’ Hij hield zijn hand bij zijn dienstpistool. Voor mij een zeer dreigende situatie. Hij zei ook: ‘Ik krijg een rooie melding. Van wie is deze auto?!’ Ik zei: doe even rustig, waarom deze sensatie?”

De rechter leest onverstoorbaar door in het proces-verbaal: “De vrachtwagen zou met zijn lichten geknipperd hebben.” Iliass: “Niet waar. En stel dat ik een zware aanhanger had, dan zou ik maar 80 mogen. Had ik dan opeens geen hinder veroorzaakt? De redenering klopt gewoon niet.”

Tja, zegt de rechter: “85 op een 100-weg, dat zou gewoon moeten kunnen. Maar nog even over die broodtrommel. Had u die bak eten nou wel of niet in uw hand? Daarover schrijft de agent ook in het proces-verbaal.” Iliass, aarzelend: “Ja, ik moet zo’n box openmaken, toch?” Over dat PV heeft Iliass nog wel iets op te merken. Er staat volgens hem: ‘…met aanzienlijk lagere snelheid (van 85 km/u).’ Tussen haakjes de snelheid dus. En geen ‘dan’ zoals de officier voorlas, maar ‘van’. Relevant, aldus Iliass, want ‘lager dan’ kan ook 77 km/u per uur zijn, en dan zou het veel aannemelijker zijn dat hij de vrachtwagen hinderde. Maar waar het echt om gaat, zo geeft Iliass nogmaals aan, is die ‘AIVD’-signalering. Officier van justitie Van Doorn zegt daarover: “Zoek ik op zijn kenteken, dan krijg ik geen melding. Ik was er in ieder geval niet mee bekend in dit dossier.”

De kantonrechter lijkt gevoelig voor het ‘van/dan’-argument. Hij leest net als Iliass ‘van 85 kilometer per uur’ en dat is volgens hem niet te kwalificeren als “een aanzienlijk lagere snelheid”. De vrachtwagen zou geknipperd hebben, zo wijst hij op het proces-verbaal. “Maar wat ik mis – en wat ik in andere zaken wel vaak lees – is dat er iemand op zijn remmen moest trappen. De kern van mijn boodschap is: uit dit proces-verbaal komt onvoldoende naar voren dat uw rijgedrag zodanig was dat de vrachtwagen gehinderd werd. Kortom, ik ga u vrijspreken.”

In deze zitting blijft de vermeende ‘AIVD-signalering’ in de lucht hangen. Voorhethekje.nl legde de bewering van de verdachte daarom voor aan Miranda Hoekman, woordvoerder van de AIVD. Zij verklaart: “De genoemde werkwijze is geen werkwijze van de AIVD en staat niet in onze wet, de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten (Wiv) vermeld. Hierin staan alle bevoegdheden van de AIVD. Wie de politie wel of niet staande houdt, is niet aan ons.”